Categorie archieven: Inhoud

60. Over God

De eerste drie Woorden vragen me God in zijn waarde te laten, zodat ik weet voor welke identiteit ik geschapen ben

Bij vliegreizen lijken de veiligheidsinstructies ouders tot egoïstisch handelen aan te zetten. Bij het wegvallen van de cabinedruk moeten zij eerst zelf een zuurstofmasker opzetten, voordat zij hun kinderen helpen. Toch is dit het beste, want een bewusteloze ouder kan totaal geen hulp bieden.

Zo lijkt ook God egoïstisch, door de eerste drie van de Tien Woorden aan de relatie met hemzelf te wijden. Jezus zou dit duizenden jaren later herhalen door het grootste gebod te laten beginnen met het liefhebben van God met alles wat je hebt, en daarna pas je medemens. Toch is dat het beste.
Dit zijn de eerste drie Woorden die God aan de Israëlieten gaf:

1. Vereer naast mij geen andere goden.
2. Maak geen godenbeelden, geen enkele afbeelding van iets dat in de hemel hier boven is of van iets beneden op de aarde of in het water onder de aarde. Kniel voor zulke beelden niet neer, vereer ze niet, want ik, de HEER, uw God, duld geen andere goden naast mij. Voor de schuld van de ouders laat ik de kinderen boeten, en ook het derde geslacht en het vierde, wanneer ze mij haten; maar als ze mij liefhebben en doen wat ik gebied, bewijs ik hun mijn liefde tot in het duizendste geslacht.
3. Misbruik de naam van de HEER, uw God, niet, want wie zijn naam misbruikt laat hij niet vrijuit gaan.1

Als een eendenkuiken uit zijn ei kruipt, beschouwt hij het eerste wezen dat hij ziet als zijn moeder en volgt dat. Zo zijn er eendjes in heel vreemde nesten, holen en huizen terechtgekomen, waar het hen meestal slecht verging. Het is ontzettend belangrijk dat je weet op wie je hoort te lijken. Het eerste Woord maakt duidelijk dat je alleen in God de identiteit vindt waarvoor je geschapen bent. Bij niemand anders. Je gaat lijken op wie je aanbidt. Dus aanbid uitsluitend hem.

Manipuleer en beperk God daarom niet door een beeld van hem te maken. De schepper van het universum past niet in een levenloos standbeeld. Iedere poging doet hem tekort. Dat geldt ook voor wie in zijn gedachten een vals beeld van God vormt. Als dat niet is gebaseerd op wat God van zichzelf heeft geopenbaard en zijn diepste innerlijk – liefde -verdoezelt, ga je een valse identiteit nastreven en die aan volgende generaties doorgeven. De Kanaänieten vereerden monsterlijke goden met schofterige trekken. Ze hielden er dan ook walgelijke praktijken op na. Nee, ontmoet en vereer God zoals hij is. Door een zuiver Godsbesef leer je van hem waarvoor je geschapen bent.

Het derde Woord gaat over het misbruiken van Gods naam. Als kind dacht ik dat daarmee vloeken werd bedoeld. Maar als je het in het Oosters spraakgebruik hebt over iemands naam, is dat een respectvolle manier om naar de persoon zelf te verwijzen. Dus: misbruik God niet. Span hem niet voor jouw karretje. Legers hebben elkaar uitgemoord, die allebei ‘God met ons’ op hun koppelriemen hadden staan. In Gods naam zijn gruweldaden gepleegd, waardoor mensen dachten dat hij het zo wilde. Dat is God en zijn naam misbruiken.

God vraagt me hem te nemen zoals hij is en niet zoals ik hem wens, of wat ik van hem maak. Wie daarop ingaat, merkt dat zijn stoutste verwachtingen overtroffen worden. Door God mijn volle aanbidding te geven, zet ik de deuren van mijn hart open en kan zijn liefde bij mij landen. Zo leer ik wat liefde is.

1. Exodus 20:3-7