Categorie archieven: Deel 4. Gelovige liefde

43. Oneens

God schat eerlijkheid hoger in dan onvoorwaardelijke instemming

God blijft me verbazen. Eerst duldde hij Abrahams ongeloof. Toen mocht Abraham hem ook nog eens tegenspreken. Het gebeurde direct na de aankondiging van Sara’s zwangerschap.1

In Sodom, waar neef Lot woonde, was het een zootje. God besloot dat het tijd was hiertegen op te treden. Hij overdacht: ‘Waarom zou ik voor Abraham geheimhouden wat ik van plan ben?’2 Vrienden zijn open tegenover elkaar, dus liet God aan Abraham weten: ‘Er zijn ernstige beschuldigingen geuit tegen Sodom en Gomorra, hun zonden zijn ongehoord groot. Ik zal ernaartoe gaan om te zien of de klachten die ik over hen heb gehoord gegrond zijn en zij verwoesting over zich hebben afgeroepen. Dat wil ik weten.’3

Let nu op Abrahams reactie: ‘Wilt u dan behalve de schuldigen ook de onschuldigen het leven benemen? Misschien dat er in die stad vijftig onschuldigen zijn. Zou u die dan ook uit het leven wegrukken en niet de hele stad vergeving schenken omwille van die vijftig onschuldige inwoners? Zoiets kunt u toch niet doen, hen samen met de schuldigen laten omkomen! Dan zouden schuldigen en onschuldigen over één kam worden geschoren. Dat kunt u toch niet doen! Hij die rechter is over de hele aarde moet toch rechtvaardig handelen?4 Menige werknemer zou het wel uit zijn hoofd laten zo’n toon tegen zijn directeur aan te slaan.

Het gaat nog verder. Niet alleen kreeg hij van God gelijk, hij verleidde God zelfs tot een ouderwetse pot handjeklap. Uiteindelijk kreeg hij bedongen dat God bij slechts tien onschuldigen de stad nog zou sparen. In Genesis 19 staat hoe ontaard Sodom bleek en alsnog verwoest werd. God had het toch goed ingeschat.

Deze opstelling van God heeft veel vragen opgeroepen. Was hij een slappeling? Liet hij zich zomaar tegenspreken en ompraten? Deze vragen komen vooral boven bij mensen die een afstandelijk en autoritair beeld van hem hebben. Natuurlijk, als het God erom gaat dat hij over de mensen de baas wil spelen en altijd gelijk van hen wil krijgen, dan viel hij hier uit zijn rol.

Maar als het God er vooral om te doen is innige relaties te onderhouden, dan kwam er een veel grotere waarde om de hoek kijken, namelijk oprechtheid. Voor een vriendschap is eerlijkheid belangrijker dan gedachteloos geloven en kritiekloos jaknikken. De meeste en grootste meningsverschillen heb je toch juist met degenen die je het meest aan het hart liggen?

In de Bijbel zie je dat God steevast wordt tegengesproken door mensen die gelden als voorbeeldgelovigen, zoals Abraham, Job5, Mozes6, David7 en Petrus8. Stuk voor stuk waren ze het soms met God oneens. Tegelijkertijd hadden zij zich allemaal ook aan God verbonden en hem in hun harten gesloten.

Dat betekent voor jou en mij dat we ons ver weg moeten houden van iedere vorm van schijnheiligheid – richting God én mensen. Jezus noemde in zijn tijd huichelarij de grootste zonde van de godsdienstige wereld. Je hoeft voor God je mening niet in te slikken. Bespreek de zaken juist open en eerlijk met hem. Hij kan ertegen.

1. Genesis 18:13-33
2. Genesis 18:17
3. Genesis 18:20,21
4. Genesis 18:23-25. De cursivering heb ik aangebracht.
5. In de gesprekken met zijn vrienden roept Job God regelmatig ter verantwoording.
6. Exodus 32:7-14, 32
7. In tal van Psalmen stort David zijn ongenoegen over Gods handelen uit.
8. Hij protesteert tegen Jezus, die hij erkent als Gods Zoon: Matteüs 16:22; 26:33-35; Johannes 13:6-9; 21:20-22.