Zichtbare verhalen komen voort uit onzichtbare satanische intriges
Je kunt de geschiedenis rond het offer van Isaak eigenlijk niet los zien van een ander verhaal, dat een volledig bijbelboek in beslag neemt. Volgens de overlevering is het van de hand van dezelfde schrijver, Mozes. Ik heb het over het boek Job. Hij leek veel op Abraham: hij was rijk, rechtschapen en onberispelijk (oprecht), had ontzag voor God en meed het kwaad.1 Maar er waren ook verschillen. Ten eerste had Job tien kinderen. Ten tweede werd hem niet gevraagd zijn kinderen te offeren, maar kwamen ze om door natuurgeweld. Dit viel samen met het verlies van al zijn bezittingen en zijn gezondheid.
Ook in de invalshoek zit een verschil. In het verhaal van Job wordt ons namelijk een blik achter de schermen gegund. God had Satan gewezen op Jobs leefwijze, waarop Satan de oprechtheid van Job in twijfel trok. ‘Zou Job werkelijk zonder reden zoveel ontzag voor God hebben? U beschermt hem immers, evenals zijn gezin en alles wat hem toebehoort. U hebt het werk dat hij doet gezegend, zodat zijn bezit zich steeds meer uitbreidt. Maar als u uw hand naar hem uitstrekt en aantast wat hem toebehoort, zal hij u ongetwijfeld in uw gezicht vervloeken.’2
Satan betwistte de kwaliteit van Jobs trouw en betichtte God van omkooppraktijken. Jobs liefde was met voorspoed gekocht. Hiermee beschuldigde hij God in het diepst van zijn wezen, dat juist liefde is. Had God tegen de principes van zijn koninkrijk gehandeld en had Job zich laten manipuleren?
Je ziet hier iets interessants gebeuren. God en mens worden door Satan samen in de beklaagdenbank gezet. Dat kom je in de Bijbel vaker tegen, tot aan het laatste oordeel toe.
God was zeker van Jobs trouw. Wat kon hij anders doen dan Satans uitdaging aannemen, en toestaan dat Job rampspoed overkwam? Satan ontnam Job niet alleen zijn rijkdom en kinderen, maar ook zijn gezondheid. Jobs vrouw zei: ‘Waarom blijf je zo onberispelijk? Vervloek God toch en sterf!’3 Jobs vrienden beweerden dat hij wel iets verschrikkelijks moest hebben gedaan en dat God hem nu met straf tot inkeer wilde brengen. Maar Job hield, ondanks zijn aanklachten aan het adres van God, vast aan zijn band met hem. Zo stelde hij ‘de aanklager van onze broeders en zusters’4 grotelijks in het ongelijk.
Met zijn vasthoudende geloof zuiverde Job niet alleen zijn eigen naam, maar ook die van God. Volgens mij speelde dit ook bij Abraham. Satan lispelde: ‘Nu Abraham Isaak heeft gekregen, komt die voor hem op de eerste plaats. Hij aanbidt Isaak meer dan u.’ God zei: ‘Ik weet wel beter’, en stond toe dat Abraham zijn karakter toonde door het bijna-offer van Isaak.
Bij alles wat je als gelovige aan tegenspoed en worstelingen doormaakt, mag je weten: 1) Gods liefde voor jou staat vast. Zij staat los van jouw voor- of tegenspoed. 2) Je bent betrokken bij een oorlog tussen goed en kwaad. Jouw keuzes ondersteunen licht of duisternis. 3) Je zult nooit méér te verduren krijgen dan je kunt dragen.5
Laten we met dit in ons achterhoofd terugkeren naar het intrigerende verhaal op de berg Moria.
1. Job 1,2
2. Job 1:9-11
3. Job 2:9
4. Openbaring 12:10
5. 1 Korintiërs 10:13